In het eerste kwartaal van 2023 heeft het huidige demissionaire kabinet van Rutte IV een plan uitgebracht omtrent de arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) van zelfstandigen. Het idee is dat er een wet komt die alle zelfstandige werkers met een inkomen in Nederland verplicht om een AOV te hebben. Zoals de term zelfstandigen al indiceert, verkrijgen zelfstandige werkers relatief veel vrijheid als individu om, onder andere, hun eigen zorg te regelen. Om deze reden is het interessant om te analyseren hoe dit wetsvoorstel omtrent de verplichting van een AOV past binnen een breder proces van privatisering en individualisering van de zorg. Deze analyse heeft als doel het wetsvoorstel te ontleden, en te kijken op welke manier dit voorstel een antwoord heeft op de relatie van zorg tot een erg individuele werkvorm.
Figuur 1.
Toenemend aantal zelfstandigen
Met een toenemend aantal zelfstandige werknemers[1], met name zzp’ers en zmp’ers, in Nederland zijn er steeds meer vragen over hoe deze groep zich ontwikkelt en positioneert in de samenleving. De verplichting van een AOV focust zich op de relatie van zelfstandigen tot ziekte en arbeidsongeschiktheid. Waar de mensen die in loondienst werken door hun werkgever worden voorzien van een arbeidsongeschiktheidsverzekering moeten zelfstandigen dit zelf regelen. Tot nu toe is dit ter eigen invulling voor de zelfstandige werknemer. Huidige cijfers van het CBS laten zien dat er in 2021 16,8% van alle zzp’ers een AOV hebben[2]. Dit is een moment opname van een dalende trend. Het is deze specifieke groep, die 76% van alle zelfstandigen representeert, die ook het laagste percentage van AOV’s heeft[3]. Deze groep van zelfstandigen met een AOV is erg klein in vergelijking met mensen die in loondienst werken.
Momenteel wordt de zorg voor zelfstandigen dus in de privé en/of individuele sfeer geregeld. Zelfstandigen maken vaak de afweging dat ze de verzekering te duur vinden, kunnen rekenen op een inkomen van een partner, of hebben twijfels bij de verzekering/verzekeraar zelf. Alle drie de afwegingen zijn nadrukkelijk afwegingen die zich afspelen in de privé sfeer. Er is geen collectieve besluitvorming buiten het huishouden.
figuur 2.
De vrijheid om zorg bij ziekte en arbeidsongeschiktheid zelf in te richten geeft de mogelijkheid om goedkopere arbeidskracht uit te voeren. Er zijn namelijk eventueel geen kosten voor een AOV. Met betrekking tot de werknemers in loondienst zou het dus als eerlijker kunnen worden beschouwd dat met dit wetsvoorstel iedereen verplicht is een AOV te hebben. Iedereen, de mensen in loondienst en zelfstandigen, zouden worden verplicht om een AOV te hebben. Toch blijft er wel een groot verschil in waar de verantwoordelijkheid ligt voor het verzekeren bij arbeidsongeschiktheid. Het wetsvoorstel breekt niet met het leggen van de verantwoordelijkheid op het individu.
Het voorstel omtrent een verplichte AOV pleit er voor dat er één regeling komt voor alle zelfstandige werkers. In de plannen van het demissionaire kabinet staat dat deze regeling het volgende doel zal helpen bereiken: “De verplichte verzekering moet zelfstandige ondernemers (inclusief zzp’ers) beter beschermen bij ziekte en arbeidsongeschiktheid.”[4] Om dit te doel te bereiken zijn er aantal voorwaarde opgesteld die laten zien hoe zo een verplichting van een AOV er uit zal zien. Het betreft onder ander de volgende voorwaarde: de AOV-uitkering zal niet meer zijn dan 100% van het minimumloon zijn; de AOV-premie zal tussen 7,5% en 8% van het inkomen kosten; er is een wachttijd van één jaar; en de AOV wordt afgesloten bij de UWV.
Een verplichting van deze verzekering gaat er eigenlijk van uit dat er nu toch te weinig zelfstandigen zijn die deze verzekering afsluiten. Dit probleem zou vervolgens dan moeten worden verholpen met een verplichting. Zonder een AOV zijn zelfstandigen namelijk kwetsbaar bij ziekte en arbeidsongeschiktheid, de verzekering kan ze hier tegen beschermen.
Appel voor de dorst
Om verder te kijken hoe een zelfstandige werknemer zich opstelt naar een verplichting van de AOV, en de verzekering in het algemeen, heb ik een interview gedaan met Sedat. Sedat werkt voor het overgrote deel als stukadoor en doet soms nog andere klussen bij het verbouwen van huizen. Sedat doet dit werk al zzp’er en is al zo een vier jaar bezig. Ooit is hij begonnen bij zijn neef waarna hij voor zichzelf is gestart. In deze vier jaar heeft Sedat eigenlijk geen AOV gehad. Als we het er meer over hebben geeft hij aan dat hij dit voorheen wel wilde regelen maar dat het toen der tijd te duur voor hem was. De CBS statistieken laten zien dat 46% van de zelfstandigen dat de baten niet genoeg opwegen aan de kosten[5]. Tijdens het interview geeft Sedat wel aan dat hij het weel weer zou moeten doen, met name met oog op zijn nog erg jonge dochter. Concluderend stelt Sedat dat hij het voorstel van het demissionaire kabinet zelf wel goed vindt, met name het idee dat het zou kunnen zorgen voor meer bestaanszekerheid voor de zelfstandigen. Kijkende naar de voorwaarde voegt Sedat wel toe dat hij veel resistentie verwacht van de zelfstandigen zelf.
figuur 3.
Sedat laat dus weten dat hij zich vooral nu liever niet kwetsbaar opstelt met betrekking tot ziekte en arbeidsongeschiktheid. Dit is in lijn met de assumptie die ter grondslag ligt van het voorgestelde plan. Namelijk dat zelfstandige werknemers zonder een AOV kwetsbaar zijn voor ziekte en arbeidsongeschiktheid. Om dit voorstel verder te analyseren is het van belang om verder te kijken naar wat voor assumpties er nog meer ten grondslag liggen van dit voorstel.
Met het instellen van een verplichting gaat het voorstel er eigenlijk van uit dat het hebben van een AOV de beste oplossing is voor zelfstandige en dat ze hier momenteel niet naar handelen en moeten worden verplicht. Er is dus een zekere focus op het aanpassen van het gedrag van het individu. Deze assumptie negeert wel de reden die door zelfstandigen wordt aangegeven over waarom ze geen AOV hebben; namelijk dat de baten niet opwegen tegen de kosten. Dit is een bepaalde stilte die niet wordt benoemt in het voorstel. Ook Sedat gaf aan dat de voorgestelde percentages best wel hoog waren. Deze stijging kan best wat frictie veroorzaken op de arbeidsmarkt van zelfstandige werknemers. In theorie zouden de zelfstandige hun arbeidskracht duurder moeten maken zodat ze hun extra kosten kunnen betalen. Uitgaande van een efficiënte markt zou dit misschien geen probleem zijn, dit is echter niet altijd het geval. Als de prijzen van zzp’ers omhoog gaan is het voor opdrachtgevers misschien toch voordeliger om naar grotere ondernemingen te stappen, ondernemingen die gebruik kunnen maken van collectieve voordelen bij het afsluiten van een AOV. Ondanks dat een verplichting er voor zorgt dat iedereen een AOV heeft zijn er wel verschillen tussen hoe deze zullen worden geregeld. Mensen in loondienst maken over het algemeen gebruik van collectief AOV, waartegen zelfstandigen dit individueel zullen regelen.
Een andere stilte die door het wetsvoorstel niet wordt belicht is de algemene bestaanszekerheid van de zelfstandigen. Toen ik het wetsvoorstel aan Sedat voordroeg vroeg hij gelijk al aan mij hoe het dan zat met momenten waarin er weinig werk is, zoals een crisis. Daarnaast laat het CBS ook relatief lage percentages zien van zelfstandigen met een lijfrenteverzekering of een pensioensregeling[6]. Het huidige voorstel gaat inderdaad op de bestaanszekerheid van zelfstandigen tijdens ziekte en arbeidsongeschiktheid. Echter is het betwijfelbaar of de algehele bestaanszekerheid van zelfstandige werknemers hiermee op de lange termijn wordt bevordert. Een rapport van de rijksoverheid omtrent zzp’ers en bestaanszekerheid laat zien dat juist deze groep daar mee worstelt[7]. Zzp’ers lijken moeite te hebben met het regelen van een extra vangnet op momenten in de toekomst.
Bestaanszekerheid
Concluderend, blijft het van belang dat zelfstandige werknemers zich niet te kwetsbaar opstellen tegenover ziekte en arbeidsongeschiktheid. Op deze manier is er namelijk meer zekerheid op de momenten wanneer dat het meeste nodig is. Om dit probleem aan te pakken heeft het kabinet van Rutte IV een voorstel gedaan waar wordt gepleit voor de verplichting van een AOV voor alle zelfstandigen. Zelfstandige werknemers gaan relatief gezien uiterst individueel te werk. Momenteel zijn zelfstandigen vrij om te bepalen hoe zij voor zichzelf willen zorgen in tijden van ziekte en arbeidsongeschiktheid. De besluitvorming en de gevolgen daarvan spelen zich volledig af in de privé sfeer. Met het voorstel zou deze mogelijkheid tot besluitvorming verdwijnen. Echter, blijven de gevolgen van deze besluitvorming in het privé leven. Zelfstandigen zullen zelf moeten afwegen hoe ze de kosten van een AOV verantwoorden. Om deze redenen zou kunnen worden beargumenteerd dat dit voorstel zorg collectief probeert te reguleren terwijl het nog dezelfde koers blijft varen als het aan komt op het privatiseren en individualiseren van zorg.
In toevoeging, laat een analyse van het wetsvoorstel met haar assumpties en stiltes zien dat beleid voor zelfstandigen moet blijven worden geanalyseerd en ontwikkeld. Dit voorstel wil de kwetsbaarheid van zelfstandigen in tijd van ziekte en arbeidsongeschiktheid aanpakken. Toch is het voor het welzijn van de grote groep zelfstandigen van belang om verder te kijken naar andere kwetsbaarheden die het zijn van een zelfstandige met zich mee brengt. Een focus op de algemene bestaanszekerheid als collectief zou hierin kunnen helpen, dit is in contrast met een meer individuele benadering.
Camilo Klinge
Figuren:
Figuur 1: Ontwikkelingen zzp (cbs.nl)
Figuur 2: Hebben zzp’ers een voorziening voor arbeidsongeschiktheid of pensioen? (cbs.nl) Figuur 3: Hebben zzp’ers een voorziening voor arbeidsongeschiktheid of pensioen? (cbs.nl)
[1] Aantal zzp’ers gegroeid naar 1,2 miljoen in derde kwartaal van 2022 (cbs.nl)
[2] Hebben zzp’ers een voorziening voor arbeidsongeschiktheid of pensioen? (cbs.nl)
[3] Ontwikkelingen zzp (cbs.nl)
[4] Plannen voor verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen (AOV) | Hervormingen arbeidsmarkt | Rijksoverheid.nl
[5] Hebben zzp’ers een voorziening voor arbeidsongeschiktheid of pensioen? (cbs.nl)
[6] Kwart zzp’ers heeft geen pensioenvoorziening (cbs.nl)
[7] https://www.nlarbeidsinspectie.nl/publicaties/rapporten/2020/06/05/zzpers-en-bestaanszekerheid